Bijlage 3: Indeling Maas en Rijntrajecten op basis van rivierkarakteristieken
De Maastrajecten kunnen in 5 categorieën worden ingedeeld met dezelfde karakteristieken (zie onderstaande tabel):
-
Bovenmaas (gedeeltelijk bedijkt en gedeeltelijk beschermd door hoge gronden; gestuwd, niet-vrijafstromend riviertraject; niet-alluviaal; geen invloed van de zee)
-
Gemeenschappelijke Maas (gedeeltelijk bedijkt en gedeeltelijk beschermd door hoge gronden; vrijafstromend riviertraject; alluviaal met een erosieve bodemtrend; geen invloed van de zee)
-
Plassenmaas, Peelhorstmaas, Venloslenkmaas (gedeeltelijk bedijkt en gedeeltelijk beschermd door hoge gronden; gestuwd, niet-vrijafstromend riviertraject; alluviaal met een erosieve bodemtrend; geen invloed van de zee)
-
Bedijkte Maas (bedijkt; gestuwd riviertraject; alluviaal met een erosieve bodemtrend; geen invloed van de zee)
-
Getijdenmaas, Afgedamde Maas, Bergsche Maas (bedijkt; vrijafstromend riviertraject; alluviaal met een sedimenterende bodemtrend; wel invloed van de zee)
De Rijntrajecten kunnen in 4 categorieën worden ingedeeld met dezelfde karakteristieken:
-
Boven-Rijn en Sallandse Ijssel (vrijafstromend, ongestuwd riviertraject; alluviaal met een stabiel zomerbed (geen erosieve of sedimenterende bodemtrend); geen invloed van de zee)
-
Waalbochten (Boven-Waal), Midden-Waal, Pannerdensche Kanaal, Boven-Ijssel, Midden-Ijssel (vrijafstromend riviertraject; alluviaal met een erosieve bodemtrend; geen invloed van de zee)
-
Beneden-Waal, Boven-Merwede, Lek, Zwarte Water, Beneden-Ijssel, Overijsselse Vecht (van stuw Vechterweerd tot Zwolle) (vrijafstromend riviertraject; alluviaal met een sedimenterend karakter; met invloed van de zee)
-
Boven-Nederrijn, Midden-Nederrijn, Beneden-Nederrijn, Overijsselse Vecht (van Dalfsen tot stuw Vechterweerd) (gestuwd riviertraject; alluviaal met een sedimenterend karakter, zonder invloed van de zee)
Tabel 0‑1 Rivierkarakteristieken voor Maastrajecten (zie Figuur 2-2 voor locatie trajecten)
Bedijking | Langjarige bodemtrend1 | Afstroming | Alluvialiteit | Invloed zee & meer | ||||||||
Nr. | Cat. | MAAS | Ge-heel bedijkt | Gedeeltelijk bedijkt | Erosief | Sedi-menterend | Onge-stuwd | Gestuwd | Allu-viaal | Niet alluviaal | met invloed | zonder invloed |
M1 | 1 | Bovenmaas | n.v.t. | |||||||||
M2 | 2 | Gemeen-schappelijke Maas | ||||||||||
M3 | 3 | Plassenmaas | ||||||||||
M4 | 3 | Peelhorstmaas | ||||||||||
M5 | 3 | Venloslenkmaas | ||||||||||
M6 | 4 | Bedijkte Maas | ||||||||||
M7 | 5 | Getijden-maas | ||||||||||
M8 | 5 | Bergsche Maas | ||||||||||
M9 | 5 | Afgedamde Maas |
1 Met erosief wordt bedoeld dat de langjarige trend van de bodem van het zomerbed van de Maas laat zien dat die bodem in de afgelopen 100 jaar gezakt is. De oorzaak van het zakken is zowel gelegen in natuurlijke processen als in antropogene processen. De invloed van de antropogene processen kan zo dominant zijn (geweest) dat Maastrajecten die op grond van hun ligging in het rivierysteem van de Maas eigenlijk een sedimenterend karakter zouden moeten hebben gehad over de beschouwde periode, toch een netto verlaging van de zomerbedbodem laten zien over de afgelopen 100 jaar. Dit is met name het geval voor de Bedijkte Maas (maar waarschijnlijk ook voor de Venloslenkmaas/Peelhorstmaas/Plassenmaas). Inzichten over oorzaken zijn van belang voor het uitwerken van alternatieven voor beleidskeuzen en principeoplossingen.
Tabel 0‑2 Rivierkarakteristieken voor Rijntrajecten (zie Figuur 2-2 voor locatie trajecten)
Langjarige bodemtrend | Afstroming | Invloed zee & meer | ||||||
Nr | Cat. | RIJN | Erosief | Stabiel of sedimenterend | Ongestuwd | Gestuwd | met invloed | zonder invloed |
R1 | 1 | Boven-Rijn | (1) | |||||
R13 | 1 | Sallandse Ijssel | ||||||
R2 | 2 | Waalbochten (Boven-Waal) | ||||||
R3 | 2 | Midden-Waal | ||||||
R6 | 2 | Pannerdensch kanaal | ||||||
R11 | 2 | Boven-Ijssel | ||||||
R12 | 2 | Midden-Ijssel | ||||||
R4 | 3 | Beneden-Waal | ||||||
R5 | 3 | Boven-Merwede | (2) | |||||
R10 | 3 | Lek | ||||||
R17 | 3 | Zwarte Water | (3) | (3) | ||||
R14 | 3 | Beneden-Ijssel4 | ||||||
R16 | 3 | Overijsselse Vecht (van stuw Vechterweerd tot Zwolle)5 | (3) | (3) | ||||
R7 | 4 | Boven-Nederrijn | ||||||
R8 | 4 | Midden-Nederrijn | ||||||
R9 | 4 | Beneden-Nederrijn | ||||||
R15 | 4 | Overijsselse Vecht (Varsen tot stuw Vechterweerd) 5 | (3) | (3) |
1 Bodemligging van Boven-Rijn is sinds 2000 stabiel, daarvoor eroderend.
2 De Boven-Merwede ligt in het benedenrivierengebied van de Rijn waar van nature aanzanding plaatsvindt. Waarnemingen laten echter zien dat de rivierbodem in dit traject in de afgelopen tientallen jaren geërodeerd is met gemiddeld 0,4 cm per jaar. De waargenomen bodemtrend van het zomerbed is sterk bepaald door menselijk ingrijpen. Op dit traject is de afgelopen jaren regelmatig grootschalig gebaggerd voor de scheepvaart om de rivier op diepte te houden, zodat de watergebonden bedrijventerreinen bereikbaar blijven. Het sediment werd permanent uit het systeem onttrokken. De natuurlijke bodemtrend wordt door experts in geschat op een aanzanding van gemiddeld 0,4cm per jaar. Vanaf 2021 is in het baggercontract van Rijkswaterstaat opgenomen dat de onttrekkingen in een periode van 5 jaar stapsgewijs worden afgebouwd naar nul. Daardoor zal de bodemtrend naar verwachting sedimenterend worden
3 Er zijn geen bodemtrends beschikbaar van de Overijsselse Vecht en Zwarte Water. Aangenomen wordt dat de bodem stabiel of sedimenterend is.
4 De Beneden-Ijssel mondt uit in de Ijsseldelta met o.a. de volgende kleine riviertakken: het Reevediep, het Keteldiep en het Kattendiep. Deze riviertakken hebben dezelfde karakteristieken als de Beneden-Ijssel.
5 De Vecht is van Varsen tot stuw Vechterweerd (voorbij Dalfsen) gestuwd, daarna tot aan het Zwarte Water bij Zwolle vrijafstromend (ongestuwd).