Aanleiding

Het Rijk werkt samen met provincies, waterschappen en gemeenten aan een veilig, bevaarbaar, watersysteem met voldoende natuur, goede waterkwaliteit en ruimtelijke ontwikkeling.  Deze rivierfuncties zijn niet los van elkaar te zien of op te lossen. De urgentie is groot doordat er nu al krapte is om alle rivierfuncties te faciliteren en de wetenschap dat klimaatverandering de opgave verder vergroot. De in 2023 uitgebrachte update van de klimaatscenario’s van het KNMI bevestigen de urgentie. Daarvoor wordt het rivierengebied in zijn geheel bezien en worden uitdagingen samen en in samenhang aangepakt. Dat is de achterliggende gedachte van Integraal Riviermanagement. Het Programma Integraal Riviermanagement (IRM) richt zich op de opgaven en kansen in het rivierengebied (bestaande uit de Maas en Rijntakken, zie Figuur S-1) in de periode tot 2050. Met een doorkijk naar 2100.

De centrale opgave is om te komen tot een toekomstbestendig rivierengebied door keuzes over de systeemkenmerken die leiden tot aanpassingen in de inrichting van de rivier.

Het streven is het Programma Integraal Riviermanagement in 2023 vast te stellen. Het Programma zoekt de verbinding met andere programma’s in het rivierengebied. Gekoppeld aan IRM is dit Milieueffectrapport (planMER) opgesteld waarin de effecten van beleidskeuzes in het programma zijn onderzocht. Omdat op voorhand significante negatieve effecten op de instandhoudingsdoelstellingen van Natura 2000 gebieden niet kunnen worden uitgesloten, is hierbij ook een passende beoordeling opgesteld. Tenslotte is ook een Kengetallen Kosten Baten Analyse (KKBA)[1] uitgevoerd.

Deze afbeelding laat zien welke gebieden onderdeel zijn van de scope van het programma Integraal Riviermanagement. Het gaat om de Maas en Rijntakken.

Figuur S.1 Plangebied IRM

  • 1 Dit is een vorm van een Maatschappelijke Kosten en Baten Analyse waarin wel alle effecten voorkomen, maar deze effecten op een snelle en ruwere manier zijn ingeschat/gewaardeerd